Ruardus wordt als oudste zoon van Botto Ruirdts Nauta en Agneta Wilhelmina de Ruyter geboren in Lippenhuizen. In 1793 schrijft hij zich op 18 jarige leeftijd in als kandidaat op de universiteit van Franeker, waar hij binnen vier jaar promoveert. Het is een behoorlijk opvliegende student en hij wordt twee maal opgepakt. In 1795 voor het hard aanbellen en een ruit inslaan bij J. van Voorst, hoogleraar en in 1796 voor het glazen inslaan van verscheidene huizen en het wegnemen van een schapebout c.q. het hierbij aanwezig zijn. De Franeker studenten stonden alom bekend als losbollen. Na zijn studie trouwt hij in 1802 met Cornelia Livia van Scheltinga. Dit huwelijk wordt letterlijk bezegeld met de familiewapens van Van Scheltinga en Nauta.
Samen krijgen ze 4 kinderen.
1805: Agneta Wilhelmina Nauta (Utingeradeel) trouwt met Martinus Adrianus Kool van Heerens
1807: Wiske Nauta (Oldeboornen) trouwt met Petrus Alexander Isaac Gosenson
1809: Martha Kinnema Nauta (Utingeradeel) trouwt met Arend Bremmers die ook directeur was in de textielindustrie van Gronau
1812: Botto Nauta (Heerenveen) trouwt met Johanna Sophia Hopink
Ruardus wordt in 1812 door Napoleon benoemd als belastingontvanger en vestigt zich in Heerenveen, waar hij een grote hoeveelheid gronden in bezit krijgt en daarmee vermogen en status opbouwt. Na zijn overlijden in 1821 op 46 jarige leeftijd in Heerenveen laat hij volgens de kadastrale gegevens uit 1832 de volgende gronden na aan zijn weduwe:
– Heerenveen: Perceel 105 huis en erf 270 m2
– Mildam: 10 percelen bos, heide, bouw en hooiland ca. 140.000 m2
– Sintjohannesga: 16 percelen hooiland ca. 33 ha m2
Daarnaast is er nog een flink bezit aan de erven in Tzum, waar zijn broer Stephanus Sybrandus 10 jaar later in 1831 overlijdt:
– Tzum: 39 percelen weiland, bouwland, boomgaard, huis met erf en tuin een een molen met erf; totaal ca. 37,5 ha.
Moge Ruardus Nauta (1775) in zijn studententijd een losbol zijn geweest, een natuurman was hij wel. Wij weten dat hij ook eigenaar is geweest van een zeer oude eendenkooi in de Hel van Hallum. In dat licht was het niet verwonderlijk, dat hij bij Tzum een poldermolentje bezat dat polder 29 van het Fatum bemaalde. Er is al tijd een zekere affiniteit van de Nauta’s met molens geweest. De Trompmolen, zagerij van hout in houtstad IJlst later. Spinnekopmalen Fatum is een van de twee spinnekopmolens die Tzum rijk is. In 1914 is de molen gedeeltelijk verbrand; het onderhuis vertoont binnen nog altijd brandsporen. In 1989 is de molen gerestaureerd door de fa. Westra. De oude metalen buitenroede was zo slecht dat hij bij het strijken knikte. Balken ingegraven in de grond bleken compleet vergaan. Het bovenhuis van de molen bleek nog redelijk en werd gebruikt voor de bouw van een nieuw molentje, dat rond 1958 als ‘Princehofmolen’ een prachtig plekje kreeg in het natuurgebied van Eernewoude/Wartena. Dit molentje heeft geen functie ter plaatse gekregen en dat is ook niet mogelijk: het staat op een kleine verhoging aan het einde van een net boven het water uitstekend en met riet en struiken begroeid dijkje tussen de druk bevaren Folkertssloot en het natuurreservaat De Kooiplaets.
Zijn kinderen trouwen allemaal, waarbij hun enige zoon Botto de Latijnse school in Kampen bezoekt en in Suriname belandt. Als hij terugkomt gaat hij in Gronau wonen en trouwt met Johanna Sophia Hopink. Botto is koopman en samen krijgen ze drie kinderen:
1849: Cornelia Livia Nauta trouwt later met Willem Jordaan. Willem Jordaan is oprichter en directeur van de Spinnerei Deutschland. Hun zoon Jan Jordaan heeft banden met de textielfamilie van Heek.
1851: Hendrika Johanna Nauta: van haar is alleen bekend dat zij in 1905 aan de Neustrasse te Gronau heeft gewond en in 1910 bij Koninklijk Besluit de Nederlandse nationaliteit krijgt.
1853: Ruardus Nauta: was waarschijnlijk textielhandelaar en is zonder vrouw of kinderen begraven in Gronau, waarbij het familiewapen op zijn grafsteen is afgebeeld. Aangezien hij de laatste in mannelijke lijn is en waarschijnlijk kinderloos is overleden gaat het stamouderschap over op Abraham Waslander Nauta
De grafstenen van Botto, Sophia en hun zoon Ruardus in Gronau zijn in 2016 gevonden door Ewald Werger (Westmunsterland Genealogie). Bijzonderheid is dat op beide grafstenen in Gronau het familiewapen is gevonden dat ook bij Abraham Waslander uit IJlst is gevonden en bij een geëmigreerde zijtak in Zuid Afrika.